Hoe betrek je de werknemers-vertegenwoordigers bij het leerbeleid?
Hoe betrek je werknemersvertegenwoordigers bij het leerbeleid en versterk je tegelijkertijd het opleidingsplan, draagvlak op de werkvloer en de effectiviteit van de opleidingsinspanningen?
Zet in op deze 3 pijlers om tot een constructieve samenwerking te komen met werknemersvertegenwoordigers
Houd de werknemersvertegenwoordigers goed en regelmatig op de hoogte.
Leg bij het begin van het kalenderjaar het opleidingsplan voor aan de werknemersvertegenwoordigers. Informeer hen over:
- de doelstelling van het plan,
- de opleidingsinitiatieven,
- de keuzes die zijn gemaakt in verhouding tot budget en tijd,
- wettelijke verplichtingen,
- context en beleidsuitdagingen.
Zorg ook voor een formeel evaluatiemoment. Hiervoor kan je de gegevens van de sociale balans over de opleidingsdeelname gebruiken, inclusief gedetailleerde informatie op basis van functie, afdeling, leeftijd, geslacht en migratieachtergrond. Zet ook andere relevante data die het leerbeleid in je organisatie zichtbaar maken op de agenda, bijvoorbeeld:
- feedback van deelnemers of opleiders,
- gegevens over ingezette leervormen,
- effecten van tijdstippen.
Een gedragen opleidingsbeleid begint bij inspraak. Werknemersvertegenwoordigers zijn misschien geen opleidingsdeskundigen, maar ze zijn wel de oren en ogen op de werkvloer. Zij zijn jouw kanariepieten om problemen en de algemene stemming over opleidingen op te pikken. Vraag actief om inbreng. Werknemers kunnen je helpen bij specifieke vragen over:
- de inventarisatie van opleidingsbehoeften,
- het bepalen van prioriteiten,
- het verzamelen van feedback over de kwaliteit van opleidingen,
- het opsporen van drempels bij medewerkers,
- het onderzoeken van problemen bij de toepassing van het geleerde,
- het zoeken naar oplossingen voor het inplannen van opleidingen,
- het uitwerken van cursussen.
Ga in op de signalen en voorstellen van werknemersvertegenwoordigers. Denk om naar kansen:
- Welke noden en problemen kaarten ze precies aan?
- Welke suggesties geven ze? Vanuit welke motieven?
- Welke standpunten leven er? Wat zijn de onderliggende waarden en principes?
Enkele voorbeelden van samenwerkingen in organisaties... Werknemersvertegenwoordigers:
- maken deel uit van de strategische werkgroep 'opleidingsplan',
- participeren in de werkgroep die een nieuw leiderschapstraject ontwikkelt
- nemen mee interviews af in het kader van het opleidingsbehoeftenonderzoek.
Uit onderzoek (VUB, 2022) blijkt dat vooral bij projecten en opleidingsinitiatieven rond welzijn op het werk samenwerkingen worden opgezet. Zo werd tijdens de coronaperiode bijvoorbeeld een opleiding rond rouw en afscheid uitgewerkt in een gehandicaptenvoorziening met inbreng van de vakbondsafgevaardigden.
Een slimme aanpak:
- Bij het uitwerken van een opleidingsplan komt heel wat kijken. Voorzie best meer tijd, dan hetgeen in de regelgeving is voorzien: een eenmalige jaarlijkse bespreking van het opleidingsplan.
- Betrek de werknemersvertegenwoordigers niet alleen tijdens formele vergaderingen, maar spreek hen ook tussendoor aan. Dit kan tijdens korte informele momenten, zelfs tijdens de koffiepauze.
- Wil je meer uit een overleg halen? Pak het eens anders aan. Experimenteer met verschillende overlegmethoden, zoals focusgroepen, brainstormsessies of zelfs off-site bijeenkomsten. Dergelijke variatie doorbreekt de routine en kan nieuwe perspectieven opleveren.
- Maak gebruik van hun connecties. Werknemersvertegenwoordigers hebben directe lijnen met de werkvloer. Maak gebruik van hun contacten om real-time feedback te verzamelen over wat er speelt op het gebied van opleidingen. Geef hen ook tijd om de achterban te bevragen.
- Onderzoek bij weerstand de onuitgesproken verwachtingen en visies die hieraan ten grondslag liggen. Begrijp waar de zorgen vandaan komen.
- Werkgever en werknemer staan wat leren en opleiding betreft zelden lijnrecht tegenover elkaar. Zoek naar de win-win. Denk creatief en zoek naar ‘en-en'-oplossingen. Zoek naar manieren waarop zowel werkgever als werknemersvertegenwoordigers kunnen profiteren.
Werkgevers vanaf 20 werknemers zijn volgens de arbeidsdeal verplicht om hun opleidingsplan te overleggen met de ondernemingsraad, of bij afwezigheid met de vakbondsafvaardiging.
Dit overleg biedt de kans om te komen tot een steviger opleidingsplan, meer draagvlak voor opleiding op de werkvloer en de effectiviteit van de opleidingsinspanningen te maximaliseren.