Outreachende acties

Behoren tot Paritaire Comité 329.01 is het enige criterium.

Hiertoe behoren steden, gemeenten, OCMW's, intergemeentelijke samenwerkingsverbanden, welzijnsverenigingen, .... 

Elk persoon die;

• in de referentieperiode niet heeft gewerkt en niet beschikbaar was voor een job en/of niet actief op zoek was naar werk 
• niet werkt

Tot de niet beroeps-actieve personen behoren: 

• huisvaders/moeders
• gedetineerden zonder uitkering
• asielzoekers (contact opnemen met de juridische helpdesk van het Agentschap Integratie en inburgering om geen verkeerde verwachtingen te creëren bij de kandidaat)
• NEET-jongeren  zijn jongeren tussen 15 en 24 jaar die:
  •   geen opleiding volgden in een referentieperiode van 4 weken
  •   geen regulier onderwijs volgen
  •   geen opleiding volgen buiten het regulier onderwijs
  •   niet aan het werk zijn (ook niet als jobstudent)
• personen met een overlevingspensioen
• inkomensvervangende tegemoetkoming (IVT)
• integratietegemoetkoming (IT)
• persoonsvolgend budget (PVB)
• RIZIV-uitkering
• RVA-uitkering
• (equivalent) leefloon
• personen met een rustpensioen
• personen die dakloos zijn
• …

Jij ondersteunt een niet beroeps actief persoon richting een reguliere job. De job is gericht naar een zorgberoep van het structureel instroomkanaal.  Jij onderneemt samen met de niet beroeps actieve persoon outreachende acties, nadat drempels in kaart zijn gebracht. We maken een onderscheid tussen 2 soorten ondersteuning:

• basis ondersteuning
• extra ondersteuning

Bij de aanvang van je begeleiding breng je de drempels in kaart die een persoon ervaart om te starten met een zorgjob of een zorgopleiding.

Onder basisondersteuning verstaan we dat een persoon met minder voorbereiding of een kleinere afstand tot de arbeidsmarkt, met beperkte acties naar een reguliere job kan begeleid worden.

Mogelijke acties zijn:

• talentgesprek: oriëntatie naar potentiële zorgberoepen, individueel maar evt. voorafgegaan door een groepsgebeuren/vorming
• navragen Agentschap Integratie & Inburgering bij personen zonder de Belgische nationaliteit: verifiëren bij de juridische helpdesk van het Agentschap Integratie en Inburgering of de kandidaat een opleiding mag volgen en mag werken
• individuele begeleiding over randvoorwaarden: deelnemer bereidt onder begeleiding oplossingen over randvoorwaarden (bijvoorbeeld kinderopvang, mobiliteit, ...).
• collectieve begeleiding: bv. deelnemer neemt deel aan een groepsmoment over instroom en/of zij-instroom
• impact tewerkstelling bespreken: nagaan met de kandidaat welke impact de tewerkstelling zal hebben op de globale inkomenspositie/statuut
• nazorg bij niet-aanwerving of niet-opleiding: actieve contact name in het geval de deelnemer zich terugtrekt, warme overdracht naar VDAB, OCMW of andere werkgever indien de deelnemer voor verder contact beschikbaar is.

Algemeen:

Na minimum 2 van bovenstaande acties kan de persoon een contract tekenen bij een werkgever of kan de persoon starten met een opleiding. 

De persoon waarmee jij samen op pad gaat heeft een grote afstand tot de arbeidsmarkt en nood aan een 'voortraject'. Deze persoon heeft meer ondersteuning nodig alvorens deze persoon kan bemiddeld worden naar de arbeidsmarkt, naar een reguliere job. Onder extra ondersteuning verstaan we:   

Mogelijke acties:

• taalcoaching met oefenkansen Nederlands: oefenkansen algemeen
• taalcoaching op de stagewerkplek: functioneel Nederlands
• aanvullende versterking van sleutelvaardigheden: communicatie, digitale vaardigheden,...
• sollicitatietraining: voorbereiding op de kennismaking met de werkgever, samen geschikte vacatures zoeken, een sollicitatiebrief schrijven, een sollicitatiegesprek voorbereiden,
• bemiddeling/contacten met werkgevers: verkenning van de vraag en aanmelding van de deelnemers, eventuele mede-aanwezigheid op het gesprek om drempelverlagend te werken
• organisatie van een verkennende stage
• begeleidingsgesprekken met opleider en deelnemer IKA: naar analogie met jobcoaching, in de eerste maanden na opstart van jobprestaties
• nazorg wanneer de deelnemer afhaakt
• nazorg wanneer de opleiding voortijdig wordt afgebroken

Algemeen: 

Na acties ondernomen uit de basisondersteuning wordt er minimum 1 actie uit de extra ondersteuning opgenomen alvorens de persoon een contract kan tekenen bij een werkgever of start met een opleiding. 

Richting een IKA beroep, in elke organisatie actief in VIA 6.

• gezinszorg (PC318.02)
• gehandicaptenzorg, jeugdhulp en het algemeen welzijnswerk (PC 319.01)
• beschutte werkplaatsen (PC 327.01)
• socioculturele sector van de Vlaamse Gemeenschap (PC 329.01)
• revalidatieziekenhuizen en psychiatrische verzorgingstehuizen (PC 330.01.10)
• ouderenzorg (PC 330.01.20)
• revalidatievoorzieningen (PC 330.01.41)
• initiatieven voor beschut wonen (PC 330.01.51)
• multidisciplinaire begeleidingsequipes palliatieve zorg (PC 330.04-MBE)
• Vlaamse welzijns- en gezondheidssector (PC 331)

Richting een IKA beroep in voorzieningen, beheerd door een lokaal bestuur, die door de Vlaamse Gemeenschap erkend en/of gesubsidieerd worden

• de woonzorgcentra en de centra voor kortverblijf
• de diensten voor gezinszorg
• de vergunde groepsopvang baby's en peuters
• de kleuteropvang met kwaliteitslabel
• de voorzieningen voor personen met een beperking
• de voorzieningen in de jeugdhulp

• huishoudhulp zorg of huishoudhulp
• logistiek assistent / logistiek assistent zorg
• verzorgende
• zorgkundige
• kinderbegeleider baby’s en peuters
• kinderbegeleider schoolgaande kinderen
• persoonsbegeleider
• basis verpleegkundige
• andere knelpuntberoepen in de social profit

Alle vooropleidingen in de zorg: 

• Totaalzorg
• VOSPA opleiding

Alle beroepsgerichte opleidingen of opleidingen in het volwassenonderwijs die leiden naar een bovenstaand beroep in zorg- en welzijn. 

• alle opleidingen met extra taalondersteuning, richting één van de bovenstaande beroepen
• alle reguliere opleidingen, richting één van de bovenstaande beroepen

Het forfait wordt uitbetaald op het moment dat de kandidaat een contract ondertekent bij de werkgever of wanneer één van de bovenstaande opleidingen wordt opgestart. 

Indien de begeleiding, om redenen buiten de verantwoordelijkheid van de socioculturele organisatie, niet uitmondt in een contract baseren we ons op de registratie van acties die de organisatie ondernam. 

• Er wordt een premie uitbetaald van 1500 € per werknemer voor het leveren van een basisondersteuning.
• Er wordt een premie uitbetaald van 3000 € per werknemer voor het leveren van een extra ondersteuning

 Dubbel financiering is niet toegestaan. 

Zolang de financiële middelen het toelaten worden aanvragen aanvaard. Per organisatie worden voorlopig maximaal 10 trajecten aanvaard. Om de 6 maanden wordt een stand van zaken opgemaakt. Het minimum nog uit te keren aantal premies wordt hier kenbaar gemaakt op de website.

Om de 6 maanden bezorgt VIVO elke werkgever een document voor de evaluatie van de aangemelde begeleidingen.

• Hoeveel premies zijn er aangevraagd?
• Welke acties zijn er ondernomen?
• Hoeveel effectieve toeleidingen staan daar tegenover?
• Hoeveel van die werknemers zijn effectief nog in dienst van de organisaties?
• Wat is nodig om de succesratio te vergroten?
• …

Deze gegevens worden aan de stuurgroep bezorgd.